Sofie Bolder

Digitalisering in de bouw is niet meer weg te denken

Digitalisering in de bouw is niet meer weg te denken

De bouw moet de komende jaren meters maken: opschalen naar 100.000 woningen per jaar bouwen, bouwen voor verschillende doelgroepen, en het verduurzamen van woningen. Iedereen in de bouwwereld ziet in dat dat niet kan zonder het bouwproces ingrijpend te vernieuwen en te veranderen. In de kern komt het neer op het zoveel mogelijk digitaliseren van het bouwproces, data gedreven bouwen en het industrialiseren van de bouw.

Werken in de bouw gaat er anders uitzien, wel met de aantekening dat er nog veel in ontwikkeling is. FNV Bouwen &Wonen volgt deze ontwikkelingen op de voet om een vakbondsperspectief te ontwikkelen.

Slim bouwen en beheren

In een notendop gaven we het al aan. Het digitaliseren van de bouw gebeurt in een hoog tempo: wie een bouwbeurs bezoekt ziet dat er vele innovaties worden gedaan in de bouw. Om een voorbeeld te geven: het parametrisch ontwerpen. Waar de ontwerper voorheen zelf een gebouw ontwierp en alle elementen intekende, zien we dat bij het parametrisch ontwerpen een groot deel van het ontwerpen is gedigitaliseerd. De ontwerper geeft verschillende parameters in (zoals omvang gebouw, vloeren, ramen etc.) en een computerprogramma ontwerpt het gebouw en rekent door welke materialen nodig zijn. Het spreekt voor zich dat dit een model oplevert waar de ontwerper en later de klant, virtueel door heen kan lopen.

Data in de bouw gaat een steeds grotere rol spelen bij het ontwerp, de uitvoering, het onderhoud en beheer en bij het hergebruik van materialen. BIM (Bouw Informatie Management) speelt een aanjagende functie bij het data gedreven bouwen. Bouwen vindt twee keer plaats: één keer keer digitaal en één keer fysiek. De term digital twins komt hierbij steeds vaker voor. Door eerst digitaal te bouwen wordt nagegaan of het gebouw helemaal klopt, het ontwerp geen tegenstrijdige elementen heeft en bekend is welke materialen nodig zijn. Met BIM bots kan het ontwerp getoetst worden aan geldende regelgeving om ervoor te zorgen dat het ontwerp daaraan voldoet. De laatste stap is het bouwen zelf, waarbij met dronebeelden de voortgang in de gaten wordt gehouden. Door het aanbrengen van sensoren in het gebouw is het na de bouw mogelijk om onderhoud en beheer efficiënt in te richten.

Fabrieksmatig bouwen

Een andere ontwikkeling die FNV Bouwen & Wonen ziet is fabrieksmatig bouwen. Dat kan gaan om complete woningen of om delen van woningen. Men vervoert deze woningen naar de bouwplaats en zet ze hier in elkaar. Bouwen op locatie wordt daarmee steeds meer assemblage werk. Bij complete woningen is het aansluiten op de infrastructuur een kwestie van plug-and-play. Bouw en installatie zijn steeds minder van elkaar te onderscheiden. Het bouwen in de fabriek vraagt om programmeurs en operators, die robots en/of machines bedienen.

Niet al het bouwen zal op deze manier gaan verlopen. Nederland kent een forse woningvoorraad en een deel daarvan vraagt om traditioneel onderhoud. De aloude vakman in de bouw verdwijnt niet helemaal. Maar als het gaat om renovatie en nieuwbouw, nemen we aan dat de traditionele vakman steeds minder zullen zien.

Ander werk in de bouw

Zoals hierboven al benoemd: Werk in de bouw verandert en gaat nog meer veranderen. En het digitaliseren zal voortdurend zijn omdat de innovaties permanent zijn. Dat vraagt veel van medewerkers: zij zullen steeds weer nieuwe vaardigheden moeten leren om bij te blijven bij de vernieuwingen. Bouwbedrijven moeten fors investeren in de kennis en vaardigheden van hun medewerkers. Niet alleen via trainingen en cursussen, maar ook in en tijdens het werk. We zien dat daar de schoen wringt. Er zijn te weinig mensen in de bouw, waardoor iedereen zoveel mogelijk ‘aan het werk’ is. Maar het is een vergissing om alleen op de korte termijn te kijken, want daarmee is het risico de aansluiting op de vernieuwing te missen. Het is noodzakelijk dat alle partijen zich goed realiseren dat investeren in medewerkers van groot belang is.

Het gaat niet alleen om het investeren in mensen, maar ook om het investeren in innovatieve organisatievormen. Het digitaliseren van het bouwproces leidt tot veel meer samenwerken binnen bedrijven en tussen bedrijven. Samenwerken op basis van vertrouwen in elkaar vormt de basis, waarbij medewerkers gezamenlijk voldoende mogelijkheden hebben om beslissingen te nemen in en over hun werk. Technologische innovaties moeten samengaan met sociale innovaties. We roepen partijen daarom op om serieus werk te maken van deze combinatie. Wij zijn ervan overtuigd dat dit een belangrijke stap is in het realiseren van de bouwopgave.


Vragenlijst Fabrieksmatig Bouwen

Enquête Fabrieksmatig Bouwen

Met enige regelmaat doet FNV|UTA onderzoek naar innovaties in de bouwsector. Deze keer hebben we een enquête ontwikkeld over fabrieksmatig bouwen. Vul jij hem ook in?

In dit onderzoek stellen we vragen rondom het proces van fabrieksmatig bouwen. De vragen gaan over de mate waarin er bij jouw werkgever fabrieksmatig gebouwd wordt en welke gevolgen dit heeft. We zijn ook benieuwd hoe jij persoonlijk tegen fabrieksmatig bouwen aankijkt.

Volgens Hugo de Jonge, Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, is deze manier van bouwen een goede manier om de woningproductie te verhogen. Onderdelen van woningen (prefab) of zelfs complete woningen in een fabriek gemaakt. Volgens De Jonge kan het bouwproces daardoor sneller verlopen tegen lagere bouwkosten en met minder personeel.

Meer fabrieksmatig bouwen heeft invloed op de werkgelegenheid en de inhoud van werk. Daarom is het van belang om als vakbond  goed op de hoogte te zijn van de huidige ontwikkelingen. En het is natuurlijk belangrijk om van jou als werknemer te horen hoe jij over deze ontwikkelingen denkt. De opgehaalde informatie uit deze enquête zal, naast het verkrijgen van inzicht, ook gebruikt worden voor het vaststellen van de cao-doelen voor tijdens de aankomende de cao-onderhandelingen van Bouw&Infra.

Het invullen van de vragenlijst neemt ongeveer 10 minuten in beslag, alvast hartelijk bedankt!

Klik hier om naar de vragenlijst te gaan.


Dag Tegen Gas

Op zondag 27 maart is de eerste landelijke Dag Tegen Gas. De Dag Tegen Gas is een initiatief dat tegengas geeft. Voor Oekraïne, voor onafhankelijkheid van fossiele brandstoffen, voor een lagere energierekening, en voor een beter klimaat. Het doel van de dag is om zoveel mogelijk mensen te stimuleren om hun fossiele (Russische) energieverbruik te verminderen.

De Dag Tegen Gas motiveert overal in Nederland bedrijven, overheden, organisaties, huishoudens, en gemeenschappen om hun verbruik te verminderen. In Amsterdam, Den Haag, en Wageningen zijn de eerste wijkinitiatieven al in gang gezet om op zondag zoveel mogelijk energie te besparen. Denk aan energiecoaches die samen met bewoners radiatorfolie plakken, bespaardouches uitdelen, en andere maatregelen nemen.

Ook stimuleert De Dag Tegen Gas horecaondernemingen om de buitenverwarming uit te laten, en de terrasbezoekers op een andere manier te verwarmen. Daarnaast zijn kantoor- en winkelpanden gevraagd om hun verwarming lager te zetten, én de verlichting buiten de kantoortijden uit te zetten. Ook zijn er op deze dag verschillende activiteiten georganiseerd om meer bewustwording te creëren en om mensen te helpen met het reduceren van hun gebruik van hun gasgebruik.

Oorlog in Oekraïne

Dag Tegen Gas is een steunbetuiging voor Oekraïne. Het heeft als doel om bewustzijn te creëren voor de rol van fossiele energie in de samenleving. Door het gebruik hiervan worden de geldstromen richting Rusland in stand gehouden. De oorlog in Oekraïne wordt namelijk deels mogelijk gemaakt door de opbrengsten van fossiele brandstoffen. Deze verkoopt Rusland aan het westen, en dus ook aan Nederland. De boodschap van Dag Tegen Gas is duidelijk: “Deze geldkraan moet dicht. Dus het is tijd voor tegengas! Tijd voor minder leed, méér onafhankelijkheid, betaalbare energierekeningen, en wat liefde voor het klimaat.”

Het initiatief Dag Tegen Gas is gestart door verschillende experts uit de energiewereld. Onder andere Urgenda, de Nederlandse Vereniging voor Duurzame Energie (NVDE), en de Natuur en Milieufederaties, ondersteunen het initiatief.

Wil je meer weten of heb je zelf een actie bedacht voor de Dag Tegen Gas? Klik hier om naar de website te gaan.


Dag van de Thuiswerker! 7 tips

Het is de Dag van de Thuiswerker! Op deze dag, 16 maart, zetten we alle mensen die thuis werken, vanwege corona of niet, in het zonnetje.

Zelfs nu alle coronamaatregelen langzaam maar zeker verdwijnen, geven veel werknemers nog altijd de voorkeur aan thuiswerken, of in ieder geval een combinatie van thuis en op kantoor. Met deze tips zorg je ervoor dat je zo prettig (en gezond!) mogelijk thuis aan het werk bent/blijft.

  1. Een goede werkplek

Niet iedereen heeft een thuiskantoor. Voor sommigen is de werkplek een hoekje aan de keukentafel, ergens op zolder, of aan het bureau van een kind wanneer hij/zij op school is. Zorg in ieder geval voor een rustige werkplek, met weinig afleiding. Zet een bureaustoel aan de keukentafel zodat je goed zit. Probeer ook je werkplek af en toe te verplaatsen, bijvoorbeeld naar de bank, zodat je regelmatig in een andere houding zet.

  1. Neem regelmatig pauze

Als je gedurende je werkdag intensief naar een beeldscherm kijkt, is het belangrijk om je taken af te wisselen en je pauzes goed in te zetten. Gezondheidsnet raadt ook aan om micropauzes te nemen. Een micropauze duurt vijf minuten per uur of twee minuten per half uur.

  1. Houd contact

Het is heel belangrijk dat je in contact blijft met je collega’s en/of leidinggevende. Zo houd je het moreel hoog en voel je je wat minder alleen. Misschien hebben jullie al een digitaal koffiemomentje in het leven geroepen, hartstikke goed. Ook contact met je dierbaren is belangrijk! Erken je gevoelens en bespreek die met de mensen om je heen. Vraag om hulp als je merkt dat dat nodig is. Zo houd je aandacht voor je mentale gezondheid, en die is minstens zo belangrijk als je fysieke gezondheid!

  1. De juiste houding

Als je tijdens de coronacrisis thuis hebt gewerkt omdat je werkgever dit van je vroeg, heb je waarschijnlijk al wat materiaal gekregen om gezond thuis te kunnen werken. Denk aan een goede stoel, en een beeldscherm. Je zithouding is het belangrijkst. Zorg dat je voeten op de vloer staan en dat je ongeveer 40-50 centimeter van je beeldscherm zit. Als je een los beeldscherm hebt kun je deze het beste op ooghoogte plaatsen (en zit niet met je gezicht in de richting van de zon). Luister vooral goed naar je lichaam, en forceer niets bij klachten. Onderstaande afbeelding van Ergomotion laat de ideale werkhouding zien (klik om te vergroten).

  1. Rek en strek!

Probeer voor ieder half uur dat je zit, twee minuten te staan. Of probeer te lopen als je aan de telefoon bent. Het is verstandig om je beenspieren actief te houden. Dus maak ook vooral een wandelingetje tijdens een van je pauzes!

Als je toch een lange zit achter je bureau hebt, is het raadzaam om af en toe wat rek- en strekoefeningen te doen om stijfheid te voorkomen. Kantel je hoofd af en toe, rol met je schouders naar voren en naar achteren, en strek je benen terwijl je zit.

  1. Plan je dag

Het is soms lastig om in een goede werkflow te komen wanneer je thuiswerkt. Probeer regelmatig, bijvoorbeeld in blokken van twee uur, achter elkaar te werken zonder afleiding. Dus even geen whatsappjes, telefoontjes, of e-mails, maar lekker aan de bak. Zorg dat je voor je begint alles wat je nodig hebt (koffie, water, pen, papier, etc.) binnen handbereik hebt. Door je tijd slim in te delen kun je richting je doelen werken zonder dat je constant afgeleid bent door de ‘verleidingen’ van je thuisomgeving.

  1. Ontspan

Probeer tussen het werken door iets ontspannends te doen. Dit helpt je om even los te komen van je werk. Doe daarom eventjes iets dat je leuk vindt, zoals lezen, wandelen, of een puzzeltje. Er zijn ook apps met ontspanningsoefeningen.

Zo geef je jezelf de kans om het beste uit jezelf en je thuiswerkdag te halen, en voel je je aan het eind van de dag lekker productief en tevreden! Meer tips vind je op het Arboportaal.


Internationale Vrouwendag 2022

Het is weer Internationale Vrouwendag! Op dinsdag 8 maart 2022 staat de vrouw in het middelpunt, en strijden we voor gelijkwaardigheid. Want ook al is het 2022, deze dag is nog steeds heel belangrijk en nodig.

In 1908 marcheerden 15.000 vrouwelijke textielarbeiders door New York voor beter loon, stemrecht, en kortere werktijden. Naar aanleiding daarvan vond in 1909 de eerste officiële Nationale Vrouwendag in de Verenigde Staten plaats.

En ja, er is sinds 1999 ook een Internationale Mannendag, op 19 november. Ook heel belangrijk, want er wordt onder andere gefocust op positieve mannelijke rolmodellen en de gezondheid van mannen en jongens. Daar zullen we tegen die tijd over schrijven.

Waarom Internationale Vrouwendag?

Ook anno 2022 is Internationale Vrouwendag nog hard nodig. Helaas is gendergelijkheid nog steeds niet de norm. Nederland staat op een kwalijke 31e plaats als het gaat om gendergelijkheid, volgens het Global Gender Gap Report van het World Economic Forum.

Vrouwen zijn nog steeds de dupe van de loonkloof. Wereldwijd blijkt het onderwijs voor vrouwen, gezondheid, en geweld tegen vrouwen nog altijd slechter dan dat van mannen.

Volgens het Word Economic Forum zal de genderkloof pas in 2186 (!!!) gedicht zijn.

Solidariteit

Ieder jaar heeft Internationale Vrouwendag een bepaald thema. Dit jaar heeft de man een prominente plaats in het thema: V/M Solidariteit, de kracht voor verandering.

‘Al jarenlang strijden vrouwen voor zelfbeschikking, individuele rechten, vrijheid, en een gelijkwaardige behandeling. Maar alleen de strijd aangaan met vrouwen blijkt een utopie en ook met de emancipatie van de man gaat het niet goed. Wij hebben mannen nodig die opstaan en zich hard maken voor emancipatie in de brede zin van het woord. Mannen die, net als wij, gelijkwaardigheid nastreven en dit als uiteindelijk doel hebben,” luidt de statement op de website van IWD.

Wat te doen?

Er zijn allerlei evenementen georganiseerd rond Internationale Vrouwendag, van lezingen tot protestmarsen. Als je meer wilt weten kun je hier klikken voor het programma!

Internationale Vrouwendag


Innovaties: BIM in de Bouw - compleet document

De BIM-experts hebben in zes bijeenkomsten hun kennis en inzichten met ons gedeeld. Door het delen van hun kennis hebben wij de notitie ‘BIM in de Bouw’ kunnen opstellen.

FNV|UTA consulenten Ernst van den Berg en George Evers bespraken in een werkgroep met BIM-experts welke digitaliseringsontwikkelingen bij bouwbedrijven spelen. Daarbij hadden we als verwachting dat BIM, in de regel omschreven als het Bouw Informatie Model, zal leiden tot de nodige veranderingen in de bouw. De BIM-experts konden ons vanuit hun kijk op het vakgebied meenemen in de veranderingen die zij zien en verwachten in de bouw. Deze BIM-experts werken bij bedrijven die we kunnen kenmerken als koplopers of zijn adviseurs die bedrijven ondersteunen bij de implementatie van BIM. De experts zaten in de werkgroep op persoonlijke titel.

Wij wilden met deze experts vooral discussiëren over de veranderingen in de organisatie en het werk door de implementatie van BIM. Waarbij we ons realiseren dat de huidige ontwikkelingen snel gaan en er bijna wekelijks een nieuwe ontwikkeling valt te melden.

Inzicht in ontwikkelingen

Wij hebben als FNV goed inzicht gekregen in welke ontwikkelingen zich voordoen en op welke wijze het werk in de bouw door (onder andere) BIM gaat veranderingen. Deze kennis delen we met de sector, vanuit de gedachte dat de geschetste ontwikkelingen in een steeds hoger tempo voortgaan. We verwachten dat elke organisatie en elke functie met BIM te maken gaat krijgen. Daarom roepen wij op iedereen in de bouw zich goed te laten informeren. Het is belangrijk je af te vragen wat dit voor jou gaat betekenen. Relevante vragen zijn daarbij: gaat mijn werk veranderen? Op welke wijze? Ben ik voldoende digivaardig? En wat kan ik doen om bij te blijven (denk aan opleidingen, stages, cursussen etc.)?

Klik op onderstaande button om het formulier in te vullen en ontvang binnen enkele ogenblikken de notitie ‘BIM in de Bouw’ in je mailbox!

Notitie ‘BIM in de Bouw’ aanvragen

Vul hieronder je e-mailadres in en je ontvangt binnen enkele ogenblikken een e-mail met de link naar het interactieve PDF bestand ‘BIM in de Bouw’.

Je gegevens worden ruim een jaar opgeslagen om je in de toekomst op de hoogte te houden.

Pas als je akkoord gaat met deze voorwaarden kun je dit formulier verzenden.


Bouwsector positiever over economie

Bouwsector positiever over economie

Uit de cijfers van de BouwMonitor blijkt dat de bouwsector in januari 2022 weer wat optimistischer tegen de economie aankijkt, dan in de maanden hiervoor.

De BouwMonitor is een onderzoek dat wordt uitgevoerd door Cobouw en USP Marketing Consultancy. In dit doorlopende onderzoek wordt onder deelnemende bedrijven regelmatig een enquête uitgezet over hoe het bedrijf ervoor staat en wat de impact is van onder andere stikstof, PFAS, en corona. Het onderzoek is steeds een momentopname om zo de ontwikkelingen over een langere periode in kaart te kunnen brengen. De onderzoeksronde van januari telde 833 deelnemers.

Positief

Belangrijke bevindingen uit de Bouwmonitor waaruit blijkt dat de sector weer wat positiever naar de economie kijkt, zijn onder andere de gestegen werkvoorraad (orderportefeuilles), veiligheid, en de omzet. Zo ligt de omzet bij bouwers 2,3 procent hoger ten opzichte van vorig jaar.

Het afgelopen jaar lijkt veiligheid een steeds belangrijker thema te zijn geworden in de bouwsector. Bouwers zijn op verschillende manieren bezig met veiligheid. Vooral het participeren in trainingen en toolboxmeetings worden veel genoemd door de respondenten van de BouwMonitor. Met de stelling ‘Er wordt steeds vaker gevraagd naar veiligheidscertificaten (zoals VCA), was 58 procent van de deelnemers aan het onderzoek het eens. En 83 procent van de respondenten vindt dat er voldoende informatie beschikbaar is over het maken van een veilige bouwomgeving.

Download hier de BouwMonitor januari 2022.   


Annemiek Suijkerbuijk

‘Het gevoel dat ik bij een stageplek krijg, is het allerbelangrijkst’

Het zal je maar overkomen, dat jouw stagebegeleider na één werkdag aangeeft dat ze je toch niet kunnen begeleiden. Annemiek Suijkerbuijk (24) weet hier alles van. Gelukkig vond ze direct na deze misser de leukste stageplek waar ze tot nu toe gezeten heeft, bij bouwbedrijf Vrolijk in Breda.

Annemiek Suijkerbuijk
Annemiek Suijkerbuijk

Annemiek is vierdejaars student aan het Avans en studeert daar Human Resource Management. Op dit moment is zij bezig met haar afstudeerstage in de bouwsector, waarin zij onderzoek doet naar werkdruk. Annemiek was aan het begin van dit schooljaar al gestart met een andere stage, in de technische sector, maar haar stagebegeleider liet haar na één dag weten dat ze haar niet konden begeleiden. "Het is zó belangrijk om op je gevoel af te gaan. Want het voelde al niet helemaal goed toen ik daar op gesprek ging, maar ik wilde gewoon zo snel mogelijk een stageplaats regelen, omdat ik de hele zomer in Griekenland zou gaan werken," vertelt Annemiek. "Maar ik heb er de hele zomer een slecht gevoel bij gehad. En terecht."

Bouwsector

Annemiek moest dus dringend op zoek naar een andere stageplaats en heeft hierbij de hulp van haar ouders ingeschakeld. Zo is ze in de bouwsector terecht gekomen. Haar vader werkt namelijk ook in de bouw en is een klant van Vrolijk. Hij heeft hen gevraagd of ze nog een stagiair nodig hadden en toen mocht Annemiek op gesprek komen. Dat klikte meteen van twee kanten en gelukkig kon ze daar direct aan de slag. "Het is dus eigenlijk helemaal toevallig dat ik in de bouwsector terecht ben gekomen. Maar ik vind het wel hartstikke leuk! Mijn vader zit natuurlijk ook in de bouw, dus ik krijg van jongs af aan wel wat mee over de bouw en nu zie ik ook echt wat ze daar allemaal doen, dus dat vind ik wel heel leuk om te zien." Ook haar vader vindt het tof om zijn dochter als stagiair in de bouwsector aan de slag te zien. Zo kwam hij hoogstpersoonlijk het kerstpakket brengen op kantoor, die Annemiek in ontvangst mocht nemen, zo komen ze elkaar nog eens tegen.

Dag op kantoor

De (werk)sfeer en het contact met collega’s sluit helemaal aan bij hoe Annemiek het graag ziet. Het team is heel hecht en iedereen kent elkaar. Dat is iets wat zij ook erg belangrijk vindt bij een volgende werkgever.

Hoewel Annemiek in een mannenwereld terecht is gekomen, merkt ze hier op kantoor niet veel van. "Ik heb hier voornamelijk vrouwen om mij heen, waarschijnlijk omdat ik aan de administratieve kant zit op het kantoor. Ik weet het niet precies, maar ik denk dat de verhouding hier op kantoor zo’n 85/15 is."

Annemiek draait (zoals bij een werkstage) niet mee op de werkvloer, maar voert een onderzoek uit. Ze is daarom twee dagen in de week aanwezig op kantoor, op maandag en vrijdag, waarop zij aan haar onderzoek werkt. Haar twee andere collega’s op de HR-afdeling lichten haar in over wat er allemaal gebeurd is binnen het bedrijf, welke zaken belangrijk zijn en daarnaast woont ze meetings bij. Ook heeft ze de afgelopen periode veel stakeholders gesproken, zoals het hoofd van de bouwstudies op Avans, Bouwend Nederland, FNV, studenten van de Bouwschool, een detacheringsbureau en natuurlijk de mensen op kantoor. Alle informatie die hieruit voortkomt verwerkt zij vervolgens in haar afstudeeronderzoek.

Annemiek geeft aan veel verschillende dingen interessant te vinden en vind het dan ook het leukst om zich met verschillende onderwerpen bezig te houden. "Als ik kijk naar wat ik zelf interessant vind, dan zijn dat vaak de uitdagingen, de punten die om verbetering vragen. Zoals werkdruk, of waarom een bedrijf een hoog ziekteverzuim heeft en hoe we dat kunnen oplossen. Dat vind ik altijd wel leuk."

Afstudeeronderzoek

Annemiek is met de organisatie in gesprek gegaan over waar zij het beste onderzoek naar zou kunnen doen. Direct kwam het onderwerp werkdruk ter sprake, dit is een belangrijk punt in de gehele bouwsector, zo ook voor het stagebedrijf. Dit komt natuurlijk helemaal overeen met wat Annemiek interessant vindt. Daarom focust ze zich in haar onderzoek op de werkdruk en het behouden van personeel/ het vinden van nieuw personeel. "In de bouw is het lastig om werknemers te vinden, dus mijn hoofdvraag is: Hoe houden we de voordeur open en hoe houden we de achterdeur dicht? Want iedereen hier wordt benaderd via LinkedIn door andere bedrijven, omdat zij ook een personeelstekort hebben en een hoge werkdruk. Mijn volgende gedachte is dan gelijk: Hoe kunnen we de werkdruk verlagen als we niet aan nieuwe werknemers kunnen komen?"

Annemiek heeft voor alsnog twee deelvragen opgesteld om dit verder uit te zoeken:

  1. Waarom kan Vrolijk op dit moment niet aan voldoende werknemers komen?
  2. Zijn de huidige werknemers van Vrolijk tevreden met de huidige situatie? En zo niet, hoe kunnen ze hun huidige medewerkers dan wel tevreden houden?

Annemiek loopt nog tot eind mei stage en heeft twee van de vier deadlines achter de rug. Onlangs heeft ze het onderdeel diagnose ingeleverd, waarin haar hele onderzoek is uitgewerkt. "Hieruit kan ik al wat conclusies trekken, dus daarmee kan ik al wel een beetje bedenken wat voor advies ik ga geven. Maar dat advies moet natuurlijk wel goed passen binnen de organisatie." Over zeven weken moet Annemiek dit advies inleveren en zeven weken daarna moet ook het deel implementatie klaar zijn.

Stage kiezen: waar moet je op letten?

Annemiek let vooral op het gevoel dat zij bij een bedrijf krijgt. “In de maand dat ik geen stageplaats had, heb ik best wel wat aanbiedingen gekregen en ben ik ook op gesprek geweest bij een aantal bedrijven. Maar het voelde steeds niet goed. Dus ik dacht ‘Ja, dan kan ik wel een stageplaats kiezen bij een bedrijf waar ik totaal geen goed gevoel bij heb, omdat ik anders vertraging oploop óf ik wacht gewoon even op het juiste moment’. En dat heb ik gedaan. Het gevoel dat ik bij een stagebegeleider of bedrijf krijg, vind ik wel echt het allerbelangrijkste.” Ook een goede werksfeer vindt Annemiek erg belangrijk, maar ze geeft aan dat je dat natuurlijk lastig kunt zien tijdens een voorgesprek. "Het eerste gesprek bij Vrolijk was gelijk goed, dat speelde ook een rol. Ze vertelden me niet zo zeer wat zij van mij verwachtten, maar ik mocht juist aangeven waar mijn interesses lagen en wat ik graag wilde onderzoeken. Ik had daar dus echt inspraak in."

Annemiek heeft over haar stage bij Vrolijk dan ook niks negatiefs te zeggen. "Dit is echt een van de betere stages die ik gehad heb. Nu denk ik dat ik daar altijd wel geluk mee heb gehad, maar als ik mezelf de vraag stel van ‘Bij welk bedrijf waar ik stage heb gelopen zou ik wel willen werken?’ dan zou deze wel het meest bij me passen." Deze stage zet voor haar dan ook zeker de deur open om in de bouwsector te gaan werken.

Stagetip van Annemiek | Ga op je gevoel af. Voelt het niet helemaal goed? Ga dan op zoek naar een andere stageplaats waar je je wel op je gemak voelt.

Ben jij benieuwd naar de uitkomsten van het onderzoek van Annemiek? Dat komt goed uit, want wij ook! In juni spreken we haar nog een keer over de bevindingen uit haar onderzoek.


Resultaten onderzoek naar digitalisering in de bouw

Eind 2021 en begin 2022 is via het BIM Loket een vragenlijst uitgezet over digitalisering in de bouw. Digitalisering is inmiddels niet meer weg te denken in de bouw. BIM, bouw informatie management, speelt bij digitalisering een belangrijke aanjagende rol. Eén van de belangrijkste elementen bij BIM is, dat er gegevens beschikbaar komen die in elke fase van het bouwproces gebruikt kunnen worden.

Deze datastroom onder het bouwproces zal de komende jaren, zo is de verwachting, een belangrijke rol gaan spelen. Bouwdata zal een grote rol krijgen bij het stroomlijnen van het bouwproces, het verminderen van fouten en bij het hergebruik van materialen.

Wij verwachten dat het werk in de bouw door digitalisering gaat veranderen, alleen is er nog relatief weinig bekend hoe dat zal zijn. Met deze vragenlijst wilden we informatie krijgen over hoe er wordt gedacht over de veranderingen van het werk in de bouw.

De vragenlijst is door 48 personen geopend, waarbij het aantal deelnemers per vraag verschillend is. De deelnemers werken met name in de bouw en infra en de meesten hebben een HBO opleiding gevolgd. Het merendeel is man en de gemiddelde leeftijd is 40 jaar. Tenslotte geven de meeste deelnemers aan dat zij een BIM gerelateerde functie hebben.

Visie op digitalisering

Ruim tweederde van de deelnemers aan het onderzoek geeft aan dat de directie een visie heeft op digitalisering in het bedrijf, dat meerdere jaren omvat. Een kwart antwoordt dat dit niet het geval is. De belangrijkste onderdelen van die visie zijn: a) digitalisering is de toekomst voor het bedrijf b) datagedreven werken is binnen enkele jaren normaal c) digitalisering is bedoeld om het bouwproces efficiënter te maken (verminderen van de faalkosten) en d) het bedrijf moet wel mee met de digitaliseringsontwikkeling om toekomstbestendig te zijn.

De deelnemers aan het onderzoek onderschrijven bijna allemaal de geformuleerde visie van de directie. Zij geven aan dat het draagvlak binnen het bedrijf voor deze visie groot is.

De belangrijkste digitaliseringsontwikkelingen

Welke vormen van digitalisering komen voor in het bouwbedrijf? Uit figuur 1 blijkt dat BIM de belangrijkste ontwikkeling is in het bouwbedrijf, op enige afstand gevolgd door het gebruik van de iPad en de smartphone. Wat minder vaak wordt aangegeven is het gebruik van algoritmen. Het minst genoemd is de inzet van robots en het vastleggen van de voortgang met drones en camera’s.

Figuur 1: Belangrijkste digitaliseringsontwikkelingen in procenten. (Klik op de afbeelding om te vergroten)

Figuur 1: Belangrijkste digitaliseringsontwikkelingen in procenten

Implementatie van digitalisering

Voor het implementeren van digitalisering is er een speciale afdeling of een team van collega’s gevormd (44%). In iets minder gevallen verloopt het implementatieproces geleidelijk (39%). In heel weinig gevallen is er sprake van het inkopen van kant-en-klare digitaliseringsoplossingen of worden er externen ingehuurd (beiden 5%).

Wie zijn in het bedrijf betrokken bij de implementatie van digitalisering? Figuur 2 laat zien wie dat zijn. Het meest genoemd zijn de medewerkers, gevolgd door het management, maar het verschil is gering. De OR en HR zijn volgens de deelnemers aan het onderzoek zo goed als niet betrokken bij de implementatie van digitalisering.

Figuur 2: Wie zijn betrokken bij de implementatie in procenten. (Klik op de afbeelding om te vergroten)

Figuur 2: Wie zijn betrokken bij de implementatie in procenten.

Veranderingen door digitalisering

Gaat het werk in de bouw door digitalisering veranderen en als zo is op welke manier zal dat dan zijn. De overgrote meerderheid (89%) verwacht dat digitalisering impact zal hebben op het werk. Gedacht wordt dat de inhoud van het werk verandert, dat er nieuwe functies ontstaan en dat het routinematige werk zal verdwijnen. Enkele voorbeelden zijn:

  • Bepaalde routinematige werkzaamheden en controle taken worden geautomatiseerd. Robots kunnen werk overnemen, de invloed van kunstmatige intelligentie is nog niet duidelijk, maar die gaat zeker ook de niet-standaard taken overnemen.
  • Nieuwe functies ontstaan, zoals data analisten en andere functies die met data kunnen werken. Er is meer ICT kennis nodig.
  • Er zullen andere competenties gevraagd worden, waaronder beduidend meer digivaardigheden.

De komst van steeds meer nieuwe digitale toepassingen vraagt van medewerkers dat zij goed op de hoogte zijn en bijblijven. Wat doet een bedrijf hiervoor? Figuur 3 laat zien hoe medewerkers zich kunnen ontwikkelen op het terrein van digitalisering.

De belangrijkste manier waarop dit gebeurt is dat medewerkers worden betrokken (zie ook eerder) en dat er een uitgebreid scholings- en opleidingsprogramma aanwezig is in het bedrijf. Verder kunnen we zien dat stagiaires een rol spelen door het ‘meenemen’ van de laatste kennis en inzichten rond digitalisering. Het bezoeken van vakbeurzen en kijken bij andere bedrijven is ook een mogelijkheid om op de hoogte te blijven.

Onder het kopje anders noemen de deelnemers de volgende zaken:

  • Er is een speciaal programma waarmee medewerkers inzicht krijgen in welke specifieke vaardigheden zij moeten ontwikkelen. Daarmee kunnen zij gericht cursussen volgen.
  • Er worden interne en externe trainingen aangeboden om de digivaardigheden te vergroten.
  • Er zijn mogelijkheden om medewerkers te informeren, maar dat is nog niet geborgd.

Figuur 3: Kunnen medewerkers zich mee ontwikkelen in procenten. (Klik op de afbeelding om te vergroten)

Figuur 3: Kunnen medewerkers zich mee ontwikkelen in procenten.

Uitdagingen

Voor welke uitdagingen staan bedrijven voor zover het gaat om digitaal te gaan bouwen? De volgende uitdagingen zijn genoemd:

  • Het management en de medewerkers overtuigen en meekrijgen met nut en noodzaak van digitale ontwikkelingen. Aangegeven wordt dat de veranderingen ten dele technisch zijn, maar dat de veranderbereidheid van de mens de belangrijkste factor is. Het vraagt om een groot aanpassingsvermogen van medewerkers om de digitaliseringsontwikkelingen te implementeren.
  • Het samenwerken in de keten en het delen van kennis en informatie. Een belangrijke voorwaarde is a) dezelfde taal gebruiken b) standaardisatie van data en c) bereidheid om data te delen binnen bedrijven, tussen bedrijven en in de keten. Software leveranciers spelen hierbij een belangrijke rol en er zijn twijfels of zij het data delen willen of kunnen faciliteren.

Tenslotte

Digitalisering in de bouw zal zorgen voor belangrijke veranderingen. De vraag is hoe de bouw er over 10 jaar uit zal zien. Om naar die toekomst te kijken is het van belang dat directie en medewerkers zich oriënteren op deze veranderingen. Dat kan door de digitaliseringsontwikkelingen voortdurend te agenderen, door medewerkers op te leiden zodat zij hun digivaardigheden op orde hebben. De implementatie van digitalisering is dus veel meer dan een technische aangelegenheid. Het gaat erom dat medewerkers zich kunnen meeontwikkelen.

Tegen deze achtergrond is het opvallend (en teleurstellend) dat HR zo’n kleine rol speelt. Naar onze mening is het HR de afdeling die expert is op het terrein van organisatieontwikkeling en -verandering. Het ligt voor de hand dat HR zich snel gaat positioneren in het digitaliseringsdebat binnen bedrijven.


Innovaties in de bouw: wat mogen we nog meer verwachten?

De bouw is druk bezig met het innoveren van het bouwproces. Het gaat om een veelheid aan interessante vernieuwingen, die op dit moment al plaatsvinden of die op korte termijn worden verwacht. Ernst van den Berg en George Evers bespraken deze ontwikkelingen met de BIM-werkgroep.

De werkgroep bestaat uit acht BIM experts die werkzaam zijn bij bouwbedrijven en/of adviesbureaus. De vraag die we hen voorlegden was: Welke technologische ontwikkelingen verwachten jullie de komende paar jaar in de bouw?

Vastleggen gegevens

De noodzaak om gegevens vast te leggen in de bouw wordt steeds groter. Niet alleen vanuit de wetgeving (wet kwaliteitsborging), maar ook vanuit de noodzaak meer zicht te krijgen op de voortgang van de bouw, de kwaliteit van de bouw en het gebruik van materialen. Met deze data ontstaat inzicht in de vele factoren die een rol spelen tijdens en na het bouwproces, zodat daarmee onverwachte situaties en de daarmee samenhangende faalfactoren worden beperkt. Deze data spelen later een rol bij het beheer en de mogelijkheid van hergebruik van materialen. Kort samengevat hebben we het over datagedreven bouwen.

Het vastleggen van data gebeurt daar waar de data ontstaan en daarmee is de vraag hoe dat op een eenvoudige manier kan gebeuren zonder dat dat leidt tot veel extra administratieve werkzaamheden. Het is niet de bedoeling om data eerst op papier vast te leggen en ze vervolgens op een andere plek in het systeem in te voeren. Een voorbeeld: bij verfwerkzaamheden wordt gevraagd om bij te houden welke verf is gebruikt en onder welke condities (zoals temperatuur, luchtvochtigheid). De verwachting is dat er sensoren ontwikkeld worden die deze gegevens vastleggen en aan het informatiesysteem toevoegen.

Andere manieren om informatie vast te leggen zijn het plaatsen van een tag in de bouwhelm, zodat bekend is welke werknemers op welk moment waar op de bouwplaats aanwezig zijn. Verder is de verwachting dat er steeds meer camera’s op de bouwplaats zullen komen, niet alleen op een kraan, maar vermoedelijk ook aangebracht op de kleding van een werknemer. Met deze camera’s is het mogelijk om de voortgang van de bouw bij te houden en eventuele afwijkingen van het bouwplan te signaleren.

Data standaardisatie

De gegevens die tijdens de bouw worden vastgelegd, kunnen in de cloud worden vastgelegd en toegankelijk worden gemaakt via blockchain. Dat laatste is een gedecentraliseerde database die voor iedereen, die daartoe is gemachtigd, toegankelijk is.

Het gaat niet alleen om het koppelen van gegevens uit de bouw zelf, maar ook om het koppelen met gegevens uit andere bronnen. Denk daarbij aan de omgeving van een neer te zetten gebouw, zoals de aanwezigheid van andere gebouwen, wegen, parken, ondergrondse infra (Geo BIM). Met deze data is inzichtelijk wat het effect is van deze omgeving op het gebouw. Gegevens die tot nu toe bij verschillende andere instanties opgevraagd moeten worden. De bedoeling is dat deze gegevens op een eenvoudige digitale manier toegankelijk worden. Kortom, data delen tussen verschillende organisaties (bouwer, overheden, kadaster, eigenaren etc.) is een belangrijke voorwaarde voor efficiënt data gebruik.

Voorwaarde voor het kunnen koppelen van gegevens is dat de gegevens zijn gestandaardiseerd. Als dat niet het geval is dan is uitwisselen van gegevens niet mogelijk. Om die reden wordt er gewerkt aan een common data environment die de basis vormt van projectinformatie: een gemeenschappelijke data omgeving met eenduidige gegevens zodat deze te delen zijn.

Er ontstaan steeds meer (digitale) platforms waar gegevens gekoppeld kunnen worden. Deze platforms bieden vaak een totaalpakket aan mogelijkheden om data op te slaan en te verwerken, maar dat betekent ook dat een bedrijf afhankelijk is van dat platform. De vraag is of gegevens uit verschillende platforms koppelbaar zijn, dus of er tussen platforms werkbare interfaces ontwikkeld gaan worden om gegevens te delen.

Privacy

Een punt van discussie is de privacy van werknemers, want werknemers zijn door het gebruik van digitale apparaten steeds beter te volgen. Hierbij past een nuancering, want op dit moment zijn werknemers veelal te volgen via hun SIM kaart in hun telefoon. De verwachting is dat dit een kwestie van wennen is, maar ook dat er afspraken nodig zijn om zorgvuldig om te gaan met de gegevens van werknemers.

Het voordeel van digitale hulpmiddelen is dat de veiligheid op de bouwplaats verbetert, omdat bekend is wie wanneer op welke plek is.

Inzet van drones

Drones komen op plekken die voor werknemers lastig te bereiken zijn. De gegevens die een drone levert bieden een totaaloverzicht van het bouwproject. Door deze gegevens te koppelen aan het BIM model ontstaat inzicht in de voortgang en in de afwijkingen. Met deze gegevens is controle en bijsturing mogelijk.

Digitaal inmeten

De mogelijkheid om met een 3D scan een model te genereren zonder dat er een nieuw model hoeft te worden gemaakt in BIM. Op deze manier kan een bestaand gebouw worden ingemeten dat dient als een referentie bij het ontwikkelen van een nieuw model. Ook wel Point Cloud genoemd. Dit betekent dat een deel van een model op basis van een bestaand gebouw al aanwezig is, dus er wordt niet van nul af aan begonnen. Dit heeft invloed op het werk van de modelleur, omdat er minder ontwerp capaciteit nodig is.

Deze techniek kan worden ingezet bij renovatieprojecten maar ook bij nieuwbouw. In het laatste geval als controle op de bouw om deze te vergelijken met het BIM ontwerp.

Industrieel bouwen

Onder deze verzamelterm komen pré fab, modulair bouwen en robotisering voor. Er komen steeds meer fabrieken waar complete woningen worden gebouwd en fabrieken waar modules worden gemaakt. In het eerste geval wordt een compleet huis naar een bouwlocatie getransporteerd, neergezet en aangesloten (plug and play). In het tweede geval gaan complete elementen van een woning naar de bouwlocatie en worden ter plekke geassembleerd tot een woning. Bij het maken van een woning en/of modules worden vaak robots ingezet die delen van de woning maken.

Het soort werknemer dat nodig is, is anders dan de huidige generatie bouwvakkers. In de fabriek wordt minder beroep gedaan op de vakman uit de bouw. Op de bouwplaats gaat het om werknemers die elementen in elkaar zetten. Voordeel van de verschuiving van de bouwplaats naar de fabriek is dat het werk minder zwaar is, slechte weersomstandigheden geen rol spelen en het veiliger is.

Daarnaast is de verwachting dat de inzet van robots ervoor zorgt dat er minder bouwvakkers nodig zijn. Dat is in een tijd van personeelstekorten een bijkomend voordeel.

Minder unieke ontwerpen

Het ontwerpen van woonwijken vanuit een bibliotheek waarin standaard elementen aanwezig zijn. Dat betekent minder unieke ontwerpen met variatiemogelijkheden binnen de standaarden. Er worden verschillende typen woningen ontworpen met de standaard elementen en vervolgens worden tekeningen en overzichten gegenereerd van benodigde materialen. Het ontwerpproces, dus het werk van de architect, verandert hierdoor fors. Minder variatie in ontwerpmogelijkheden en minder unieke ontwerpen. Niet voor niets speelt de discussie over de toekomstige rol van de architect.

Tot slot

Uit het gesprek met BIM experts hebben we enkele belangrijke innovatieve ontwikkelingen besproken. Maar dat is niet alles. Want wie een bouwbeurs bezoekt ziet dat er een grote veelheid aan innovaties in de bouw te zien is. De opgave zal zijn om ervoor te zorgen dat de bouw in staat zal zijn deze innovaties te adopteren. Om dat mogelijk te maken is het noodzakelijk dat er wordt geïnvesteerd in de kennis en vaardigheden van werknemers.

De BIM-experts hebben in zes bijeenkomsten hun kennis en inzichten met ons gedeeld. Door het delen van hun kennis hebben wij de notitie ‘BIM in de Bouw’ kunnen opstellen. Hierin zijn alle bevindingen uit de BIM-werkgroep uiteengezet. Benieuwd naar het document? Via deze link kun je het downloaden.