manieren

Werkdruk | Drie manieren waarop mensen ermee omgaan

In de bouwsector is werkdruk een veelgehoord probleem. De manier waarop je er mee omgaat maakt een groot verschil in wat er met de werkdruk gebeurt. In dit artikel bespreken we de drie manieren waarop mensen omgaan met werkdruk.

Zwijgen

Veel mensen zullen ervoor kiezen om te zwijgen wanneer de werkdruk erg hoog is. Het lijkt misschien wel of anderen er geen last van hebben, dus wil je niet overkomen alsof je enige bent die het zwaar vindt. Of misschien vind je wel dat hard doorwerken de enige manier is waarop je met werkdruk om kunt gaan. Wanneer je ervoor kiest om een te hoge werkdruk niet te benoemen, verandert er vaak niets of wordt de situatie zelfs erger. Het is lijkt soms makkelijker om het probleem te negeren in de hoop dat het vanzelf verdwijnt. Helaas blijft de werkdruk vaak bestaan en neemt het meestal zelfs toe. Dit kan leiden tot frustratie, minder werkplezier en uiteindelijk zelfs uitvallen.

Klagen

Een andere veelvoorkomende reactie op werkdruk is klagen. Op z’n tijd mag er best even geklaagd worden. Maar wanneer het een gewoonte is geworden om te mopperen op alles wat niet lekker loopt, creëer je een negatieve sfeer op de bouwplaats. Klagen is probleemgericht en focust zich voornamelijk op wat er mis is, zonder een duidelijke oplossing te bieden. Dit kan de stemming van het hele team verlagen en leiden tot een minder efficiënte werkomgeving.

Erover praten

De meest effectieve benadering van werkdruk is erover spreken. Door openlijk te communiceren over je uitdagingen, neem je verantwoordelijkheid voor jezelf en je omgeving. Dit bevordert een oplossingsgerichte aanpak, waarbij je samen met je team naar manieren kan zoeken om de werkdruk te verminderen. Door te spreken over werkdruk, creëren je een cultuur van openheid, begrip en samenwerking. Ook daagt het uit om tot slimme oplossingen te komen voor dingen die niet lekker lopen. Dit leidt uiteindelijk tot een gezondere en productievere bouwomgeving.

Kortom; het verschil tussen zwijgen, klagen en erover spreken is duidelijk. Door te kiezen voor open communicatie, nemen we de controle over onze werkdruk en creëren we een positieve en oplossingsgerichte werkomgeving voor onszelf en ons team. Hoe ga jij met werkdruk om?

Wil je graag weten hoe je werkdruk het beste kan aanpakken? Houd dan deze website of onze LinkedIn in de gaten. Binnenkort hoor je hier meer over. Ondertussen kun je luisteren naar de podcast over werkdruk in de bouwsector.


Krimp verwacht

Krimp verwacht: banen verdwijnen en minder gebouwd

Het EIB concludeert dat na jaren van groei een krimp in de bouwproductie dit jaar van 3,5 procent. De werkgelegenheid neemt in twee jaar tijd waarschijnlijk af met zo’n 12.000 voltijdbanen.

Vooral de nieuwbouw van woningen en utiliteitsbouw loopt fors terug. Ook de arbeidsproductiviteit valt terug. Dit staat in de studie ‘Verwachtingen bouwproductie en werkgelegenheid 2024’ van het EIB.

Wooncrisis

Nederland kampt met een woningtekort. Daarbij wordt er al jaren minder gebouwd dan de regering voor ogen heeft. Het streven is om er jaarlijks 100.000 huizen bij te bouwen, maar dat lukt niet.

Vakbonden

FNV is niet verrast door de aangekondigde banenkrimp in de sector. Een optelsom van problemen leidt ertoe dat de productie van nieuwbouwwoningen al langere tijd achterloopt bij de ambities van het kabinet. “Woningbouw levert van de takken in de bouw de meeste werkgelegenheid op. Als daar een kink in de kabel komt, gaat dat meteen arbeidsplaatsen kosten”, legt FNV-bestuurder Hans Crombeen uit aan het Nederlands Dagblad.

Gunstige vooruitzichten in de toekomst

Gelukkig zijn er ook betere vooruitzichten, met name op middellange termijn. De totale bouwproductie kan volgende de studie van het EIB namelijk gemiddeld met 2,5 procent groeien in de periode 2026-2028. Hieraan leveren alle onderdelen van de bouw een bijdrage. Bij deze ontwikkeling neemt ook de vraag op de arbeidsmarkt weer toe en zullen er in deze periode zo’n 17.000 extra arbeidskrachten nodig zijn. Naar verwachting kan er op deze middellange termijn een goede baanzekerheid worden geboden.

Dat klinkt veelbelovend, maar volgens het EIB zullen inspanningen verricht moeten worden om de bouw als aantrekkelijk neer te zetten en leerlingen te blijven interesseren voor een baan in de bouw.


Zwaarwerkregeling uitvoerders

Zwaarwerkregeling uitvoerders per 1 januari 2024

In de nieuwe cao Bouw&Infra is geregeld dat de voorwaarden voor het deelnemen aan de zwaarwerkregeling voor uitvoerders onder de cao Bouw&Infra worden versoepeld. In dit artikel lees je alles wat je moet weten over de zwaarwerkregeling en welke stappen je moet zetten om het aan te vragen.

Het werk van sommige UTA’ers fysiek, maar ook vooral mentaal erg zwaar. De zwaarwerkregeling is niet voor iedere UTA’er even vanzelfsprekend. Daar is door cao-onderhandelingen enige verandering ingekomen.

Tijdlijn zwaarwerkregeling

Sinds 1 januari 2021 kunnen bouwplaatsmedewerkers gebruik maken van de zwaarwerkregeling om maximaal drie jaar voor hun AOW-leeftijd te kunnen stoppen met werken. Vanaf 1 januari 2022 kunnen UTA-medewerkers ook gebruik maken van deze regeling. Een voorwaarde is echter dat de een UTA’er in de laatste 25 jaar minstens 5 jaar op de bouwplaats moet hebben gewerkt. Voor uitvoerders is dit sinds 1 januari 2024 anders; deze voorwaarde vervalt. Uitvoerders hoeven dus niet meer minimaal 5 jaar als bouwplaatsmedewerker te hebben gewerkt.

De Regeling Vervroegd Uittreden (RVU) loopt eind 2025 af.

De voorwaarden voor uitvoerders per 1 januari 2024

Als uitvoerder kun je tot maximaal drie jaar voor je AOW-leeftijd stoppen met werken wanneer je voldoet aan de volgende voorwaarden:

  • Op 1 januari 2024 en direct voor deelname aan de zwaarwerkregeling ben je uitvoerder en val je onder de cao Bouw&Infra,
  • Op 1 juli 2020 en/of op 1 januari 2021 was je werkzaam onder de cao Bouw&Infra,
  • Van de laatste 25 jaar werkte je minstens 20 jaar als medewerker onder de cao Bouw&Infra.

Let op: andere UTA’ers kunnen ook gebruik maken van de zwaarwerkregeling, zij hebben dus als extra voorwaarde dat zij de afgelopen 25 jaar minstens 5 jaar op de bouwplaats moeten hebben gewerkt.

Stappenplan zwaarwerkregeling aanvragen

Denk je dat je in aanmerking komt voor de zwaarwerkregeling? Hier zijn de stappen die moet ondernemen om het in gang te zetten:

  1. Controleer of je aan de voorwaarden voldoet. Deze leeftijdschecker kan een handig hulpmiddel zijn.
  2. Vraag het op tijd aan. Je dient je aanvraag minstens drie maanden en uiterlijk zes maanden voor de datum waarop je zwaarwerkregeling in wilt laten gaan in. Een vakbondsconsulent van de FNV kan je hierbij helpen.
  3. Als je voldoet aan de voorwaarden ontvang je binnen 10 werkdagen na het indienen van je aanvraag je voorlopige toekenning.
  4. Je beslist nu of je definitief wilt deelnemen aan de zwaarwerkregeling. Zo ja, dan zeg je je arbeidsovereenkomst bij je werkgever op. Dit doe je door een ontslagbrief te schrijven. Hou hierbij rekening met je opzegtermijn.
  5. Stuur een kopie van je ontslagbrief als bewijs van het beëindigen van je arbeidsovereenkomst (en eventueel je loonbelastingverklaring) uiterlijk 14 dagen voor de ingangsdatum op naar APG. Dat kan per e-mail of per post. Wanneer je niet op tijd alle documenten stuurt kan er geen betaling van de uitkering plaatsvinden.
  6. Binnen 10 werkdagen na het opsturen van de documenten uit stap 5 ontvang je je definitieve toekenning.
  7. De eerste uitkering van de zwaarwerkregeling ontvang je op de laatste donderdag van de maand.

Pensioen

Je kunt de zwaarwerkuitkering eventueel combineren met het eerder laten ingaan van je pensioen als je een hoger inkomen wenst dan alleen de zwaarwerkuitkering. Ook hier kan een vakbondsconsulent van de FNV je bij helpen door een berekening te maken, en ze kunnen je helpen met de aanvraag zelf. Tijdens zo’n afspraak staat centraal welk inkomen je nu en in de toekomst wenst. Voor informatie en hulp bij het aanvragen hoef je geen lid te zijn van de FNV, dit is een dienst die waar iedereen die onder de cao Bouw&Infra werkt gebruik van kan maken.

FAQ

Heb ik recht op een transitievergoeding wanneer ik gebruik maak van de zwaarwerkregeling?
Nee. Door gebruik te maken van de zwaarwerkregeling neem je ontslag bij je werkgever en ga je uit dienst. Daardoor heb je geen recht op een transitievergoeding.

Waarom moet ik een bewijs van beëindiging van de arbeidsovereenkomst opsturen?
De zwaarwerkregeling gaat in op de eerste dag na de laatste dag van je arbeidsovereenkomst. Deze dagen sluiten dus direct op elkaar aan. Hier kunnen geen dagen tussen zitten. Om de exacte datum van het einde van je arbeidsovereenkomst te bepalen is een kopie van het bewijs van beëindiging van je arbeidsovereenkomst nodig (zoals een ontslagbrief). Let op: De laatste dag van je arbeidsovereenkomst hoeft niet dezelfde dag te zijn als de laatste dag dat je nog aan het werk bent. Bijvoorbeeld omdat je nog verlofdagen hebt en deze opneemt.

Ik maak gebruik van de vierdaagse werkweek 55-plus. Is de hoogte van de uitkering zwaarwerkregeling dan lager?
Nee. De hoogte van de uitkering wordt gebaseerd op een fulltime dienstverband. Als je gebruik maakt van de vierdaagse werkweek 55-plus (6.5 cao Bouw & Infra) blijft je arbeidsovereenkomst namelijk onveranderd. Die blijft uitgaan van een vijfdaagse werkweek van gemiddeld 40 uur.

Hoeveel geld krijg ik?
De maandelijkse bruto uitkering in 2024 is €1.939,32. Dit geldt bij een fulltime dienstverband en is inclusief vakantiegeld.

Hoeveel geld ontvang ik netto?
Dit hangt af van de belasting die op jouw uitkering wordt ingehouden. Je kunt gebruik maken van loonheffingskorting. Dan betaal je minder belasting. Let op! Je mag de loonheffingskorting voor één uitkering (of salaris) gebruiken. Ontvang je naast de zwaarwerkuitkering bijvoorbeeld ook een pensioenuitkering? Dan mag je de loonheffingskorting op één van deze twee uitkeringen toepassen. Op deze website van de Belastingdienst lees je hoe je de loonheffingskorting aanvraagt.

In de voorlopige toekenning van de zwaarwerkuitkering zie je het nettobedrag zonder loonheffingskorting. Stuur je later een loonbelastingverklaring op? Dan zie je het nettobedrag met loonheffingskorting in de definitieve toekenning of op je volgende betaalspecificatie.

Bedragen per maand (2023) bij een fulltime dienstverband voordat je stopt met werken:
Bruto bedrag zwaarwerkuitkering €1.846,97
Netto zonder loonheffingskorting €1.065,35
Netto met loonheffingskorting €1.321,18

Waar kan ik de aanvraag voor de zwaarwerkregeling doen?
Via deze link kom je bij het aanvraagformulier ‘uitkering zwaarwerkregeling’.

Kan mijn werkgever de aanvraag weigeren?
Nee. Het is jouw eigen keuze en je recht om gebruik te maken van de zwaarwerkregeling.

Deelnemen aan de zwaarwerkregeling is voorlopig mogelijk tot en met 31 december 2025. Stel dat ik in juli 2024 deelneem aan de zwaarwerkregeling, stopt de uitkering dan op 1 januari 2026?
Nee, als je zwaarwerkuitkering ingaat op uiterlijk 31 december 2025 dan heb je recht op de uitkering tot je AOW-leeftijd. Ook als de AOW-leeftijd pas in 2027 ligt. De start van je deelname aan de zwaarwerkregeling moet dus wel vóór 1 januari 2026 zijn.

 

Alle informatie met betrekking tot de zwaarwerkregeling vind je op zwaarwerkregeling.nl .

Overweeg je van de zwaarwerkregeling gebruik te maken? Neem dan contact op met een vakbondsconsulent. Dit kan ook als je geen lid bent. Zij kunnen met jou in gesprek gaan over de voorwaarden, helpen met de aanvraag doen en nemen alle stappen met je door. Ze begeleiden van begin tot het eind en dat kost niets!

Voor andere vragen kan je contact opnemen via uta@fnv.nl


De overwerkcultuur in de bouw

FNV|UTA heeft de afgelopen weken vragen gesteld over ‘overwerk’ onder UTA’ers. En de cijfers over de hoeveelheid en de frequentie van overwerk liegen er niet om. Daarnaast worden deze lange werkdagen nauwelijks gecompenseerd. Werkgevers beweren dat overwerk is inbegrepen in het salaris. Ook stellen ze ‘je weet waaraan je begint als je in de bouw komt werken’ en ‘als het je niet bevalt ga je toch naar een andere werkgever’.

Al enige tijd doet FNV onderzoek naar overwerk in de bouw. In veel UTA-functies is overwerk gangbaar. Voor UTA’ers die met het bouwproces te maken hebben, is overwerk daarentegen veelal structureel van aard. Uitvoerders, werkvoorbereiders, calculators, planners en projectcoördinatoren draaien wekelijks overuren.

Uit onze recente uitvraag ‘Het is ook mijn cao!’ blijkt dat een kwart van de UTA respondenten 9 tot 13 uur per week overwerkt. 14% zelfs 13 uur of meer. Ook werkt een aanzienlijk deel gemiddeld een dag per week extra. Op jaarbasis betekent dit 9 tot 15 weken of meer extra werken. Een ongezonde realiteit. De meerderheid van de UTA’ers krijgt hiervoor ook nog eens niets betaald of in tijd gecompenseerd. Bovendien worden de reisuren niet vergoed.

‘’Lange dagen en 40 uur betaald krijgen.’’

‘’Reisuren hebben ze nog nooit van gehoord voor UTA.’’

De lange werkdagen gaan gepaard met steeds meer verantwoordelijkheden, hogere administratieve vereisten, krappe planningen, pauzes die erbij inschieten en de 24/7 bereikbaarheid. Het aantal vacante UTA-functies stijgt. Op veel plekken wordt een continue personeelstekort gerapporteerd. Tegelijkertijd zijn er veel zorgen over het uitblijven van een jongeren instroom.

‘’Veel jonge gasten die net klaar zijn met hun opleiding, willen niet voor een aannemer werken. Veel uren, slechte betaling, hoge werkdruk, het wordt allemaal al besproken op de scholen.’’

Dagelijks gaat voor uitvoerders of werkvoorbereiders de wekker in de nachtelijke uren.  Rond 5.30 uur vertrekken ze van huis om tegen de avond – als het verkeer meezit – weer de deur achter zich dicht te trekken. Het zijn lange werkdagen met een  aanzienlijke werkdruk. Het maakt de bouw (mentaal) zwaar en ongezond. Daarnaast vergt het een opoffering voor het sociale leven. Velen rapporteren keer op keer het gezin teleur te stellen of in het weekend nauwelijks nog fut te hebben.

‘’Alles moet af, het maakt niet uit hoe, maar niet met te veel uren. De rest moet in je eigen tijd.”

Werkgevers aan de onderhandelingstafel verschuilen zich achter een zogezegd ‘’all-in-salaris’’. Zij geven aan dat de UTA salarissen zodanig zijn samengesteld dat overwerk erin zit. FNV|UTA heeft daarom in een enquête de vraag gesteld of in de arbeidsovereenkomst expliciet is opgenomen dat overwerk in het salaris is inbegrepen. Een overtuigende meerderheid geeft aan dat hiervan absoluut geen sprake is. Grotendeels ontbreekt ook de registratie van overwerk.

‘’In het systeem kan ik tot 40 uur registreren, niet meer!’’

Kortom, werkgevers aan de onderhandelingstafel tonen weinig empathie met het hardwerkende UTA-personeel. FNV|UTA vindt het hoog tijd voor een goede overwerkregeling en bestrijding van het vele overwerk. Wie kan immers deze werkomstandigheden volhouden?

De overwerkcultuur in de bouw leidt tot een onveilige en ongezonde werkomgeving. Loyaliteit en verantwoordelijkheidsgevoel is mooi, maar kent ook bij de UTA zijn grenzen!

‘’Er gaat veel ervaren personeel weg en er is geen aanwas. Dus de werkdruk zal nog hoger worden.’’


Lichter werk voor een uitvoerder op leeftijd? ‘Dit is gewoonweg onzin!’

Vorige maand zijn de onderhandelingen voor de cao Bouw & Infra 2021 gestart. Tijdens de Coronapandemie heeft de bouw heel verdienstelijk doorgewerkt. FNV had dan ook gerekend op een vlotte start van het cao overleg. Tevergeefs blijkt.

Werkgevers negeren al jaren de wensen van de UTA-medewerkers en vegen ook dit keer hun voorstellen van tafel. UTA wordt op bedrijfsniveau al in de watten gelegd. Dat maakt cao afspraken overbodig, aldus werkgevers. Zo is een zwaar werk regeling voor de UTA niet nodig, want binnen bedrijven is het gangbaar om een uitvoerder op leeftijd lichter werk te geven. FNV|UTA heeft deze bewering direct bij honderden uitvoerders gecheckt.

Verontwaardiging is groot

UTA-medewerkers willen een zwaar werkregeling. Vorig jaar is deze regeling voor bouwplaats-werknemers afgesproken. De verontwaardiging onder de UTA was groot, toen bleek dat zij waren uitgesloten van de regeling. UTA’ers hebben evengoed zwaar werk. De mentale belasting is hoog en wordt soms voorafgegaan door jarenlange fysieke belasting.

Het structurele tekort aan UTA-personeel, de krappe planningen, de toenemende verantwoordelijkheid voor veiligheid en kwaliteit, de talrijke onderaannemers en ZZP’ers, de vele administratieve vereisten, de communicatieproblemen met buitenlandse werknemers en de lange werkdagen, maken het werk zwaar. En niet alleen van de uitvoerder.

‘’Het hele werkplezier is weg en vervangen door veel spanningen’’

Een bedrijfsregeling: fictie of realiteit?

Tijdens het cao overleg hebben werkgevers aangegeven dat UTA-medewerkers, vooral uitvoerders, enkele jaren voor het pensioen lichter werk krijgen. Bedrijven voorzien in regelingen, zodat een uitvoerder het makkelijker volhoudt tot aan zijn pensioen.

FNV|UTA is bij uitvoerders nagegaan of zulke regelingen bekend zijn. En wat blijkt, de overgrote meerderheid heeft geen enkele herkenning bij deze bewering van werkgevers. Sterker nog, meestal lijkt het tegendeel waar. Ervaren uitvoerders worden juist ingezet op de zwaardere en moeilijkere projecten. En kleine projecten alleen draaiend houden, geeft net zo goed veel druk en stress. Je moet dan alles zelf doen, daar schiet je niets mee op, aldus verschillende uitvoerders. Een greep uit de reacties:

  • ’Hoe zou een werkgever dat moeten regelen als er al een structureel tekort is aan uitvoerders.’’
  • ‘’Werkgevers houden echt geen rekening met je leeftijd.’’
  • ‘’Binnen mijn bedrijf is het wel bespreekbaar, maar het kan niet.’’
  • ‘’Bij het bedrijf waar ik nu werk en de bedrijven waar ik heb gewerkt, heb ik hier nog nooit van gehoord.’’
  • ‘’Bij kleine aannemers hebben ze helemaal niet de luxe om te kunnen kiezen naar welk project hun UTA personeel ingezet wordt.’’
  • ‘’Wel kan ik zeggen dat mijn oudere collega’s niet lichtere projecten krijgen of een lichtere functie.’’
  • ‘’Ik heb dit nog niet meegemaakt (ik ben 63 jaar).’’

Herkenning komt sporadisch voor. Ook dan betreft het geen bedrijfsregeling, maar is op persoonlijk initiatief van de werknemer een regeling getroffen.

UTA laat zich niet uitsluiten

Via FNV|UTA ‘Het is ook mijn cao!’ hebben UTA-medewerkers massaal laten weten dat ze de houding van werkgevers onacceptabel vinden en de beweringen over goede bedrijfsafspraken onjuist. De reacties op de bewering dat uitvoerders op leeftijd lichter werk kunnen krijgen, wordt door een uitvoerder treffend samengevat; ‘Dat is gewoonweg onzin!’

Opvallend is dat meerdere werknemers zich afvragen of de werkgeversorganisaties wel beseffen dat veel van hun leden de keus niet hebben om oudere uitvoerders een minder zwaar project te geven.

‘’Wat ik al helemaal niet snap, is dat als ik aan mijn werkgever vraag hoe hij tegenover de zwaar werkregeling voor de uitvoerders staat hij zegt daar niet onwelwillend tegenover te staan. Dan vraag ik mij toch af wat voor mensen hem vertegenwoordigen bij de onderhandelingen.’’


Oproep aan uitvoerders: lichtere projecten vlak voor pensioen?

Werkgeversorganisaties vinden de zwaar werkregeling voor UTA niet nodig. Uitvoerders krijgen volgens hen de mogelijkheid om in de laatste fase voor hun pensioen minder zware projecten te draaien. Wij zijn benieuwd of dit klopt.

  • Krijgen jij en/of je collega’s in de laatste fase voor het pensioen de mogelijkheid om minder zware projecten te draaien?
  • Zo ja, vanaf wanneer krijgen jullie die mogelijkheid?
  • Maakt het dan ook een groot verschil, kun je het hierdoor makkelijker volhouden tot aan je pensioen?

Wij zouden het heel fijn vinden als jullie ons hier meer over kunnen vertellen. Wij kunnen dit meenemen tijdens de onderhandelingen en ons verhaal hiermee richting de werkgeversorganisaties sterker maken. Dit gebeurt uiteraard helemaal anoniem en we gaan vertrouwelijk om met je gegevens.

 

Je gegevens worden ruim een jaar opgeslagen om je in de toekomst op de hoogte te houden van ons aanbod.

Pas als je akkoord gaat met deze voorwaarden kun je dit formulier verzenden.