zzp fnv aov

ZZP | FNV arbeidsongeschiktheidsvoorziening

Veel ondernemers onderschatten de impact die ziekte kan hebben op hun leven, gezin en onderneming. Je bent ziek, kunt niet werken en hebt geen inkomen. Dat is niet leuk om over na te denken wanneer je gewoon gezond bent, maar wel belangrijk. De FNV heeft speciaal voor zzp’ers een eigen arbeidsongeschiktheidsvoorziening in het leven geroepen: de FNV AOV.

Iedere ondernemer mag deelnemen. De FNV AOV is een schenkkring, een vorm van crowdsurance en biedt ook de startende ondernemers hiermee een alternatief op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV). Een schenkkring houdt in dat we elkaar een klein bedrag schenken, wanneer iemand arbeidsongeschikt is.

Hoe werkt het?

Je betaalt geen premie zoals bij een reguliere AOV, maar je spaart iedere maand een bedrag op de gezamenlijke FNV AOV-rekening. Zo bouw je een buffer op. Als je ziek bent ontvang je schenkingen van de andere leden voor een periode van maximaal 24 maanden.

Wat is het voordeel van de FNV AOV?

Veel ondernemers kunnen prima sparen en hebben vaak wel een buffer om met slechte tijden om te gaan. Het antwoord is makkelijk, als je arbeidsongeschikt raakt dan is het veel goedkoper om je inkomen via de FNV AOV te hebben geregeld. Snel rekenen leert dat 1 jaar je spaargeld gebruiken als je arbeidsongeschikt bent overeenkomt met net iets meer dan 30 jaar meedoen met de FNV AOV bij een inkomen van € 2.500. Dat is omdat onze deelnemers gezamenlijk jouw maandelijkse inkomen betalen als je ziek bent, in plaats van dat dat geld van jouw eigen spaarpotje af gaat. Dus als er iets gebeurt dan ben je al heel snel goedkoper uit.

FNV Zelfstandigen

Om gebruik te kunnen maken van de FNV arbeidsongeschiktheidsvoorziening, moet je lid zijn van FNV Zelfstandigen. Heb je vragen, opmerkingen, of wil je meer informatie ontvangen? Neem dan contact op!


Uurtarief berekenen

ZZP | Zo bereken je je uurtarief

Je uurtarief bepalen als ZZP’er is niet eenvoudig. Te hoog schrikt potentiële klanten misschien af, en te laag levert te weinig inkomen op én doet geen recht aan je kwaliteiten. In dit artikel lees je hoe jij je optimale uurtarief kunt berekenen.

Jouw beste uurtarief bepaal je natuurlijk zelf. Bij het berekenen hiervan moet je rekening houden met het volgende:

  1. Het inkomen dat je nodig hebt
    Bepaal want je per maand minimaal nodig hebt aan inkomsten. Van dit bedrag leef je en betaal je alle rekeningen. Het bijbehorende uurtarief moet na aftrek van je bedrijfskosten voldoende zijn, zodat je dit bedrag minimaal overhoudt.
  2. De uurtarieven van je concurrenten
    Dit is natuurlijk niet leidend voor je eigen uurtarief, maar het is handig om vooraf over onderbouwing te hebben nagedacht mocht je klant vragen waarom je boven of onder het tarief van je concurrenten zit.
  3. Wat maakt jou uniek?
    Heb je maar weinig concurrenten die jouw niveau halen? Dan vraag je uiteraard een hoger uurtarief dan wanneer je heel veel concurrenten hebt die hetzelfde kunnen als jij.

Het berekenen van je uurtarief

FNV Zelfstandigen heeft een speciale Rekentool om je uurtarief nauwkeurig te berekenen. Zelf het nog een keertje nalopen? Je uurtarief bepaal je in de volgende vier stappen:

Stap 1: Zakelijke kosten

Er zijn verschillende soorten kosten: vaste en variabele. Daarnaast heb je start- of aanloopkosten. Eén van de grootste kostenposten is de huur van een kantoor- of een andere werkruimte (niet als je vanuit huis werkt natuurlijk). Denk verder aan administratiekosten, verkoop- en representatiekosten, autokosten, rentekosten, afschrijvingskosten, en zakelijke verzekeringskosten. Het is veel om over na te denken, maar wel heel belangrijk voor je financieel overzicht!

Stap 2: Netto-inkomen

Nogmaals, denk goed na over wat je wilt overhouden onder de streep. Stel je wilt 1.800,- euro per maand overhouden. Dit is waar je van leeft en spaar je voor je pensioenopbouw.* Per jaar komt dat neer op 21.600,-. Daarnaast reserveer je 8 procent vakantiegeld: 1728,- . Met dit rekenvoorbeeld heb je dus een netto-inkomen nodig van 23.328,- per jaar. Dit is na aftrek van de inkomstenbelasting.

*Als ZZP'er kun je deelnemen aan speciale vrijwillige regelingen voor ZZP-pensioen. Verschillende marktpartijen bieden deze regelingen aan.

Kijk voor informatie over hoe je je belastingen en de bijdrage voor een zorgverzekering meeneemt op de website van de Kamer van Koophandel.

Stap 3: Benodigde omzet

Om de benodigde omzet te bepalen tel je de bedragen die voortkomen uit stap 1 en 2 bij elkaar op.

Stap 4: Daadwerkelijk uurtarief

Nu is het tijd om te bepalen hoeveel uur je per jaar gaat werken. Als je uitgaat van een vijfdaagse werkweek en dat je dertig dagen vrijhoudt voor vakantie en feestdagen blijven er 230 werkdagen in het jaar over.

Hou er rekening mee dat je niet al deze uren aan de klant factureert. Je zult ook tijd moeten steken in het vinden van klanten, netwerken, brainstormen, administratie, noem maar op. Als startende ondernemer is het factureren van 50% van je werkuren een mooi streven.

Met als deze informatie kun je nu uitrekenen wat je uurtarief is. Over je uurtarief bereken je 21 of 9 procent btw, afhankelijk van je dienst. Je kunt ook een btw-vrijstelling of verleggingsregeling gebruiken.

Tips

Evalueer je uurtarief regelmatig. In ieder geval jaarlijks. Er kunnen zich niet alleen grote veranderingen voordoen in je werk, maar ook daaromheen. Denk bijvoorbeeld aan inflatie of de stijging van de energiekosten.

Je uurtarief hoeft niet in steen te staan. Maak een marge voor je uurtarief door te bedenken wat het minimale en het maximale is dat je aan een klant kunt vragen. Dit is je onderhandelingsruimte.

Groeit je bedrijf? Kijk of je bepaalde dingen, zoals administratieve taken, kunt uitbesteden. Zo houd je meer tijd over voor klanten en projecten.

Denk na over je risico’s en breng deze in kaart. Heb je bijvoorbeeld een buffer voor wanneer het wat minder goed loopt? Hoe zit het met verzekeringen? En wat gebeurt er als je arbeidsongeschikt raakt? Dit zijn geen leuke dingen om over na te denken, maar zo kom je niet voor verassingen te staan.

Als je er zelf niet uitkomt, neem dan contact op met een boekhouder, of laat je adviseren door de consulenten van FNV Zelfstandigen.


ZZP | Zó in je onbetaalde facturen

Je hebt het werk al verricht, de producten of diensten geleverd, maar de klant betaalt niet. Wat kun je doen tegen onbetaalde facturen?

Ontzettend vervelend, want naast de klus ben je nu ook tijd kwijt aan het innen van de onbetaalde factuur en moet je mogelijk nog extra kosten maken om betaald te krijgen. Als het versturen van herinneringen en een ingebrekestelling niets oplevert, dan is je vordering uit handen geven de volgende stap.

Onbetaalde vordering

Ben je lid van FNV Zelfstandigen? Dan kun je je vordering aan FNV Zelfstandigen uit handen geven. Ook kun je bij FNV Zelfstandigen een voorbeeld herinnering en voorbeeld ingebrekestelling krijgen. Als stappen 2, 3 en 4 toch nodig blijken, dan draagt FNV Zelfstandigen in de meeste gevallen de daarmee gemoeide kosten volledig. Daarover lees je hier meer.

Mocht je niet aan de voorwaarden hiervoor voldoen, zijn dit de stappen waaruit het innen van een vordering bestaat:

  1. Herinneringen en een ingebrekestelling sturen. Een ingebrekestelling is een laatste kans voor de debiteur om de factuur te betalen;
  2. Het buitengerechtelijk incassotraject;
  3. De gerechtelijke procedure;
  4. Het executeren van het vonnis.

De eerste stap uit het proces doe je meestal zelf. Stappen 2 en 3 worden in principe gedaan door een ander, en de laatste stap kan alleen door een gerechtsdeurwaarder worden gedaan.

Kosten voor de debiteur

De kosten die voortkomen uit het innen van een factuur komen bijna allemaal voor rekening van niet-betalende klant. Deze volgende kosten kunnen worden verhaald op de debiteur:

  • Vertragingsrente,
  • Incassokosten,
  • Proceskosten,
  • Kosten executie.

Onderdeel van de proceskosten zijn vastgestelde vergoeding voor de gemachtigde (forfaitair salaris gemachtigde/advocaat). De kosten van een jurist of advocaat die hoger uitvallen (en dat is meestal het geval), kun je niet verhalen op de debiteur. Deze kosten kunnen hoog oplopen, en dat kan ten koste gaan van wat de procedure je oplevert.

Voorbeeld uit de praktijk

Een incassozaak van een installatiebedrijf-eenmanszaak. Het betreffende lid had als onderaannemer (eigenlijk was hij onderaannemer van de onderaannemer) gewerkt op een nieuwbouwproject. Er zou iets niet goed zijn uitgevoerd en de aannemer probeerde ruim € 10.000 aan schade op de onderaannemer te verhalen, die vervolgens dat bedrag weer op ons lid probeerde te verhalen en betaling van facturen opschortte. Het is de jurist van FNV Zelfstandigen gelukt om de wederpartij van ons lid ervan te overtuigen dat hij niet sterk stond. Er is toen afgesproken dat de wederpartij afziet van zijn schadeclaim, in ruil voor het afzien door ons lid van de rente over zijn facturen. Zowel de openstaande als de nog niet vervallen facturen zijn vervolgens allemaal voldaan (het gaat hier om een bedrag van zo'n € 11.000,-). Na afronding stuurde ons lid het bericht: “Zoals afgesproken laat ik u hierbij weten dat [de wederpartij] alle facturen heeft uitbetaald. Nogmaals dank voor uw hulp en adviezen.” Een resultaat waar we trots op ziijn!

In veel Bouwen en Wonen zaken gaat het om betwiste vorderingen. Vaak meent de opdrachtgever/klant dat er iets niet goed is gedaan waarvoor ons lid als aannemer aansprakelijk zou zijn. Vaak zijn dat erg feitelijke vragen en als het op procederen aankomt valt of staat het vaak met de beoordeling van de feiten door een (door de rechtbank aangewezen) deskundige. Dat maakt dit soort geschillen vrij kostbaar en onzeker. Daarom zien we dat in de meeste van dit soort zaken een schikking wordt getroffen, zeker als de belangen niet al te groot zijn.

Brochure

Op de website van FNV Zelfstandigen kun je de brochure ‘Onbetaalde facturen innen voor ZZP’ers’ downloaden. Hier vind je álle informatie die je nodig hebt. Denk bijvoorbeeld aan het verschil tussen betwiste en onbetwiste vorderingen, hoe de gerechtelijke procedure in zijn werk gaat, het buitengerechtelijk incassotraject, en het executietraject.

Zeker als het je eerste onbetaalde factuur is kan het overweldigend zijn, en dat je niet weet waar je moet beginnen. Je hoeft het niet alleen te doen! Neem contact op met FNV Zelfstandigen om te kijken wat we voor jou kunnen betekenen.


ZZP | Verplichte AO in 2024

ZZP | Verplichte AOV in 2024

De regering heeft samen met werknemers- en werkgeversorganisaties een pensioenakkoord gesloten. Onderdeel van dit akkoord is een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) voor ondernemers.

Naar verwachting ligt het wetsvoorstel over het pensioenakkoord in het voorjaar van 2024 klaar. Als dan de Tweede en Eerste Kamer instemmen met het voorstel wordt de wet daadwerkelijk ingevoerd.

Veel zelfstandigen onverzekerd

Een arbeidsongeschiktheidsverzekering is nu niet verplicht voor zzp’ers, en veel zelfstandigen sluiten zo’n verzekering ook niet af. 35 procent van zelfstandig ondernemers heeft geen voorziening getroffen om het financiële risico bij arbeidsongeschiktheid te verminderen, meldt het CBS op basis van onderzoek.

De meest voorkomende reden hiervoor is financieel. 46 procent van de respondenten gaf aan dat de kosten van zo’n verzekering niet opwegen tegen de baten, en 32 procent zei de kosten voor een verzekering niet te kunnen betalen. 20 procent, waarvan met name vrouwen, gaf aan in geval van arbeidsongeschiktheid terug te kunnen vallen op het inkomen van hun partner.

Wel is het zo dat zelfstandigen andere oplossingen hebben om het financiële risico bij arbeidsongeschiktheid te verminderen. Denk bijvoorbeeld aan spaargeld en beleggingen (37 procent), de waarde van de woning welke het risico afdekt (11 procent), of een schenkkring (6 procent).

Het doel van de verplichte AOV is dat ondernemers straks beschermt zijn tegen de gevolgen van arbeidsongeschiktheid. Ook de samenleving loopt daardoor minder risico en maakt minder kosten.

Hoe ziet de verplichte AOV eruit?

Het is nog niet helemaal duidelijk hoe de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering eruit komt te zien. Het ministerie van Sociale Zaken is dit aan het uitwerken op basis van het adviesrapport ‘Keuze voor zekerheid: Zelfstandigen standaard verzekerd tegen langdurig inkomensverlies door arbeidsongeschiktheid’ van de Stichting van de Arbeid. Hierin staat onder andere dat vanwege de diversiteit in de zelfstandigenpopulatie, dat het voorstel verschillende keuzemogelijkheden heeft. Zo kan elke zelfstandige zelf bepalen welke verzekering passen is. Ook staat in het rapport dat zelfstandigen mét personeel worden uitgezonderd van de verzekeringsplicht.

Naar verwachting zijn dit enkele belangrijke hoofdlijnen van de verplichte AOV:

  • Als je arbeidsongeschikt raakt, moet je het eerste jaar zelf financieel overbruggen. Ná dat jaar ontvang je de uitkering,
  • Als je inkomstenbelasting betaald over de winst uit je onderneming, dan ben je verplicht een AOV te hebben,
  • De jaarpremie bedraagt tussen de 7,5 en 8 procent van het laatst verdiende inkomen,
  • De uitkering is 70 procent van je laatstverdiende loon, waarbij de maximale uitkering 100 procent is van het wettelijk minimumloon (wat het wettelijk minimumloon is in 2023 vind je hier),
  • De premie is fiscaal aftrekbaar.

Voorbereid zijn

Het is natuurlijk niet leuk om na te denken over arbeidsongeschikt raken, maar stel dat het jou overkomt, ben je dan voorbereid? Het is goed om na te denken over hoe jij je financiën regelt als je ooit onverhoopt arbeidsongeschikt raakt.

FNV kan je hierbij helpen. We geven advies bij geldzorgen, en onze adviseurs Sociale Voorzieningen ondersteunen je graag. Klik hier om eens een afspraak te maken, dan kijken we samen naar jouw financieel overzicht en kom je wanneer het er op aan komt niet voor verassingen te staan.

FNV Zelfstandigen is er speciaal voor zzp’ers. Op de website vind je meer informatie die voor jou als zelfstandige relevant is.


Trends zzp

ZZP | Trends in de bouwsector

De bouw staat nooit stil. Denk aan technologische ontwikkelingen, zoals BIM, maar ook aan het inzetten van heel nieuwe bouwmethoden, zoals we nu zien in de huizenfabrieken. In dit artikel zetten we een aantal belangrijke trends voor jou als zzp'er op een rijtje. 

Door op de hoogte te blijven van de continue ontwikkelingen en trends in de bouwsector, kun je blijven inspelen op de huidige behoeften.

Trends

Voor jou als zzp’er zijn dit vijf specifieke trends die op dit moment relevant zijn:

  1. Duurzaam bouwen
    Duurzaamheid is in de bouwsector op dit moment één van de belangrijkste trends. Steeds meer mensen en bedrijven hechten waarde aan milieuvriendelijke bouwmethoden. Als zzp’er kun je je focussen op duurzame bouwtechnieken. Zoals het gebruik van duurzame materialen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan hennep, kurk en lisdodde.
  2. Digitalisering
    Onder andere het Building Information Model (BIM) is een geavanceerde technologie om digitaal mee te bouwen waar je in de bouwsector eigenlijk niet meer omheen kunt. Als zzp’er kun je hier op inspelen door jezelf vertrouwd te maken met BIM-software en het gebruik ervan integreren in je eigen werk.
  3. Slimme woningen
    Je ziet steeds vaker slimme woningtechnologie. Denk hierbij aan slimme thermostaten, beveiligingssystemen, verlichting, en andere geautomatiseerde systemen die ook data kunnen verzamelen. Het is de moeite waard om te weten hoe dit precies werkt en hoe je ze kunt implementeren in je projecten.
  4. Renovatie en herbestemming
    In sommige gevallen is het renoveren en herbestemmen van bestaande gebouwen duurzamer en kostenefficiënter dan nieuwbouw. Als zzp’er zou je kunnen overwegen je te specialiseren in renovatie- en herbestemmingsprojecten, om aan de vraag naar deze projecten te kunnen voldoen.
  5. Gezondheid en welzijn
    Er is een groeiende bewustwording van de impact van de gebouwde omgeving op onze gezondheid en algemeen welzijn. Hierdoor neemt de vraag naar dergelijke ‘groene’ gebouwen toe. Denk bij je projecten eens aan het implementeren van gezondheid- en welzijnsaspecten, zoals natuurlijk licht, en het creëren van gezonde binnenklimaten.

Wil je meer informatie over wat FNV voor jou als zzp’er zou kunnen betekenen? Als zzp’er staat je er soms misschien alleen voor, maar niet bij FNV Zelfstandigen.


bouwplaats-ID

Bouwplaats-ID voor een eerlijke en veilige werkomgeving

In 2015 is de cao-afspraak gemaakt om Bouwplaats-ID te ontwikkelen en te implementeren op de Nederlandse bouwplaatsen. Dit instrument moet eerlijk en veilig werken op de bouwplaats bevorderen. Daarnaast versterkt het de positie van de werkenden en verlaagt het de administratieve lasten voor de werkgever.

Bouwplaats-ID is een ‘bouwplaatsregistratiesysteem’ dat wordt ingezet op bouwplaatsen vanaf een bepaalde grootte. Bouwplaats-ID brengt de onderlinge relaties op de bouwplaats in kaart tussen hoofdaannemer (project), onderaannemers, werkenden en ZZP’ers. De hoofdaannemer moet weten wie op welk moment (geoorloofd) op de bouwplaats rondloopt en of deze persoon wel over de juiste papieren beschikt voor de activiteit die moet worden uitgevoerd. Met Bouwplaats-ID wordt dit in één keer zichtbaar en wordt keer duidelijk wie voor wie aan het werk is. Daarnaast heeft de werknemer toegang tot zijn eigen data- ook wanneer deze al lang niet meer op het project werkt.

In 2019 werd duidelijk dat het ministerie van Sociale Zaken en Werkgeleigenheid (SZW) niet de benodigde algemeen verbindend verklaring wilde geven op deze cao-afspraak. Ondersteund door twee moties in het parlement die met overgrote meerderheid zijn aangenomen, onderzoeken we nu samen met SZW de juridische basis van Bouwplaats-ID.

Waarom is BouwplaatsID nodig?

Door fragmentering van de sector staan eerlijk en veilig werk onder druk en staat de aantrekkelijkheid van de sector op het spel. Bouwplaats-ID is een digitale tool waardoor we preventief zaken op gebied van eerlijk en veilig werk kunnen ondervangen.

Digitalisering is de manier om enerzijds aan alle (wettelijke) verplichtingen die de hoofopdrachtgever heeft, te voldoen en anderzijds om de positie van de werkenden te versterken: de werknemer geeft toestemming voor het gebruik van zijn data, de werknemer heeft toegang tot zijn data en behoudt dit ook wanneer het project of zijn werkzaamheden in de bouwsector, al lang zijn afgelopen.

De ontwikkelingen in de bouwsector van de afgelopen jaren laten het belang van een digitaal instrument zien. Dit begon al in 2008, toen de kredietcrisis onder andere leidde tot flexibilisering van de arbeidsmarkt. Het aantal uitzendkrachten, zzp’ers, en kleine ondernemingen is gestegen (uitbesteden en onderaanneming zijn in de sector de norm geworden). Nu de economie weer aantrekt en er een grote bouwopgave ligt, blijkt dat er een tekort aan vakmensen is waardoor de werkdruk en het aandeel flex in de sector toeneemt.

Volgens de Nederlandse Arbeidsinspectie hebben uitzendkrachten, zzp’ers en buitenlandse werknemers vaker een arbeidsongeval.

Doelstellingen bouwplaats-ID

De doelstellingen van bouwplaats-ID zijn:

  1. Verhogen van de veiligheid. Beschikt iedereen over de juiste papieren/certificaten?
  2. Voorkomen van schijnconstructies. Door goede registratie vooraf en een check aan de poort neemt het risico op malafide praktijken af.
  3. Versterken van de positie van werkenden. De medewerker is eigenaar van zijn eigen data en is geen onzichtbare speler op de bouwplaats.
  4. Verminderen administratieve lasten van werkgevers.

Bijkomend voordeel is dat er eindelijk goede data gegenereerd wordt over de bouwsector. Tot nu toe zien we heel veel schattingen voorbij komen, maar juist de werknemers die snel van werkplek naar werkplek gaan en die maar kort op een project werken, blijven onder de radar van officiële statistieken. Bouwplaats-ID maakt ook deze groep werkenden zichtbaar.

Preventie en toezicht

FNV pleit al jaren voor het Bouwplaats-ID omdat hiermee eerlijk en veilig werken op de bouwplaatsen wordt vergroot. Duurzame banen met goede arbeidsvoorwaarden en een veilige werkomgeving zijn essentieel om de mensen te behouden in de bouwsector. Bouwplaats-ID moet ervoor zorgen dat de werknemer een betere positie heeft wanneer zaken misgaan en daardoor beter en sneller zijn recht kan halen.


Workers' Memorial Day

Workers’ Memorial Day

Op Workers’ Memorial Day herdenken we werknemers die zijn overleden door een bedrijfsongeval of een beroepsziekte. FNV roept de overheid op om de komende jaren meer ambitie te tonen en werk te maken van veilig en gezond werken. 

Ieder jaar op 28 april hangt de vlag bij FNV halfstok en staan we stil bij werknemers die ziek zijn geworden door hun werk, gewond raken, of om het leven komen. Jaarlijks overlijden in Nederland vijftig tot zeventig werkenden na een ongeval op het werk. Daarnaast komen er jaarlijks in Nederland ook meer 4000 mensen om het leven door een opgelopen beroepsziekte. Het thema van Workers’ Memorial Day is dit jaar: maak een veilige en gezonde werkplek een fundamenteel recht.

De FNV vindt dat het beter moet, en dat het ook beter kan. De meerderheid van bedrijven die werkt met kankerverwekkende stoffen, beschermt de werknemers onvoldoende. Uitzendkrachten en zzp-ers hebben vaak geen toegang tot de bedrijfsarts.

Symposium

Op vrijdag 28 april organiseert de FNV samen met de Stichting Arbeidsongevallen een symposium op Schiphol. Veilig en gezond werk is een recht voor iedere werknemer. Tijdens het symposium spreken vicevoorzitter van FNV Kitty Jong, Hanneke van den Bout (directeur Gezond en Veilig Werken bij het ministerie van SZW), Rits de Boer (Inspecteur Generaal bij de Nederlandse Arbeidsinspectie), en Jan Warning (directeur ISBG).
Ook vertellen werknemers over wat zij meemaken in de praktijk. De Stichting Arbeidsongevallen presenteert de onderzoeksresultaten naar arbeidsongevallen bij precair werkenden, en de Laura Brugmans Award wordt uitgereikt. 
Wanneer: vrijdag 28 april 2023
Waar: Schiphol
Tijd: 14:00 - 16:00 (inloop 13:30) 

Aanmelden kan door een e-mail te sturen naar tanja.vanmeerveld@fnv.nl

Workers' Memorial Day


Fiscale oudedagsreserve

Fiscale oudedagsreserve stopt per 1 januari 2023

De opbouw van de fiscale oudedagsreserve (FOR) voor ondernemers voor de inkomstenbelasting is per 1 januari 2023 gestopt. Je kunt de FOR niet verder opbouwen. Als je al een FOR hebt opgebouwd, kun je die op basis van de oude regels afwikkelen.

De fiscale oudedagsreserve (FOR) geldt voor ondernemers voor de inkomstenbelasting. Dit zijn zzp’ers/ondernemers in een eenmanszaak, vof, maatschap, en cv. Belangrijk om te weten: de FOR wordt vaak gezien als pensioen, maar het is geen pensioenvoorziening.

Het verschil is dat je met je een pensioenvoorziening geld opzij zet voor je oude dag. De FOR heet wel ‘oudedagsreserve’, maar het is uitstel van belasting op een deel van de winst van je bedrijf. Je kunt dit onbelaste deel van de winst apart zetten op een geblokkeerde bankspaarrekening of een lijfrente kopen. Het is niet verplicht om hier gebruik van te maken. In de praktijk gebruiken veel ondernemers het geld in hun onderneming. Dat kan sinds dit jaar niet meer.

In het kader van je pensioenopbouw heb je nu een aantal keuzes in wat je met je opgebouwde FOR kunt doen. Je huidige reservering blijft staan en wordt bevroren. In dit artikel van de KVK kun je al je opties omtrent de FOR bekijken.

Denk na over je pensioen

Ben jij al begonnen met pensioen opbouwen? De Pensioen-schijf-van-vijf van het Nibud helpt je om je AOW te berekenen, om te kijken of dat voldoende is om je levensstijl na je pensionering te kunnen voortzetten. Hoe eerder je begint, hoe gemakkelijker het is om een pensioen bij elkaar te sparen waar je later goed van kunt rondkomen (of zelfs eerder van met pensioen kunt gaan).

Meer weten?

Stuur gerust een mailtje naar uta@fnv.nl. Wil je weten wat je tot nu hebt opgebouwd aan pensioen? Ga dan naar mijnpensioenoverzicht.nl

 


Zo voorkom je een naheffingsaanslag omzetbelasting

De aangifte omzetbelasting is voor iedere ondernemer verplicht, ook voor ZZP’ers. Elk kwartaal krijgen veel ondernemers een naheffingsaanslag, omdat ze de aangifte niet hebben gedaan of zijn vergeten.

Wanneer je dit niet doet krijg je een naheffingsaanslag en een boete van 68,- euro. Zonde! In dit artikel vind je wat je kunt doen als je toch een naheffingsaanslag krijgt. Je leest op de website van FNV ZZP de vijf meest voorkomende redenen waarom ondernemers denken dat ze geen aangifte hoeven te doen.

First things first

Op producten en diensten zit belasting toegevoegde waarde (btw). De btw breng je in rekening bij je klanten en draag je af aan de belastingdienst. De meeste ondernemers moeten dus elk kwartaal aangifte omzetbelasting doen. Dit kan ook maandelijks of jaarlijks zijn. Hoe vaak je aangifte moet doen, hoor je van de Belastingdienst. En let op: je moet de btw die je de Belastingdienst verschuldigd bent zelf overmaken naar het rekeningnummer. Je krijgt hier geen aanslag van.

Wanneer krijg je een naheffing?

Je krijgt een naheffing als je geen aangifte of te laat aangifte doet. Heb je wel aangifte gedaan, maar niet, te weinig of te laat btw betaald? Ook dan krijg je een naheffing. Een naheffingsaanslag gaat altijd samen met een boete. Voor het niet of te laat doen van aangifte (aangifteverzuim) is de boete 68,- euro. Een boete voor niet, te weinig of te laat betalen (betalingsverzuim) is minimaal 50,- euro en maximaal 5.514,- euro.

Hoe voorkom je een naheffing?

Simpel, door op tijd aangifte omzetbelasting te doen en de btw op tijd te betalen, ook als je nog geen omzet hebt. Ben je net te laat en kom je erachter dat je nog geen aangifte hebt gedaan? Dan heb je tot zeven kalenderdagen na de deadline de tijd om de aangifte alsnog te doen. Zo voorkom je een boete.

Tóch een naheffingsaanslag

In de naheffingsaanslag maakt de Belastingdienst een schatting van hoeveel btw je moet betalen, omdat het onbekend is hoeveel btw je in rekening hebt gebracht en betaald hebt. Het bedrag op de naheffingsaanslag is daarom vaak veel hoger dan het bedrag dat je eigenlijk zou moeten betalen. Wanneer je na de naheffingsaanslag alsnog aangifte doen, hoef je meestal niet het hele bedrag te betalen. De Belastingdienst kan het geschatte bedrag na je aangifte aanpassen.

Denk je dat je onterecht een naheffingsaanslag omzetbelasting hebt gekregen? Dit kun je checken met de Naheffingsaanslag btw check van de Belastingdienst. In extreme gevallen kun je bezwaar maken. Dit doe je met het formulier ‘Bezwaar omzetbelasting’ via Mijn Belastingdienst Zakelijk.

Heb je vragen over omzetbelasting? Stel ze gerust via uta@fnv.nl


Cao Bouw&Infra: Als het aan de werkgevers ligt, wordt er voor UTA niets geregeld

Op 22 maart was de derde onderhandeling voor een nieuwe cao Bouw & Infra. De dag kan in één woord worden omschreven: ‘nee’. Voor UTA wordt er als het aan de werkgevers ligt helemaal niets geregeld, behalve de loonsverhoging die voor iedereen wordt afgesproken. Onderhandelaar Hans Crombeen legt uit hoe de dag is verlopen.

Hans Crombeen: “Gisteren hebben we de derde ronde gehad. We zijn begonnen met het dieper ingaan op de voorstellenbrief van werkgevers. We hebben daarbij aangegeven waar we een gesprek over kunnen voeren en waarover niet. De bespreking hebben werkgevers aangegrepen om alvast , een opsomming te geven van de onderwerpen waarover ze het niet willen hebben.”

Werkgeverscredo: “Daar hoeven we in de cao geen afspraak over te maken, dat regelt zichzelf in de bedrijven.”

Dit willen de werkgevers niet:

  • Een zwaar werkregeling voor UTA, ook niet voor specifieke functies. De werkgevers vinden de huidige situatie duidelijk: alleen fysiek zware functies krijgen een zwaar werkregeling. Daarnaast vinden ze dat het in de sector heel goed gaat. Uitvoerders kunnen naar het einde van hun carrière in minder belastende functies komen en/of op projecten worden gezet met een minder hoge werkdruk.
  • Maximaal 12 uur uit en thuis, ook voor UTA. Hier is geen afspraak over mogelijk wat de werkgevers betreft, want “werknemers in dit soort functies weten waar ze aan beginnen.”
  • Vergoeding reisuren UTA. Het is mogelijk hier maatwerkafspraken over te maken met de OR. De werkgevers willen nog denken over het toevoegen van de personeelsvertegenwoordiging.
  • Vergoeding overuren UTA. Structureel overwerk mag volgens de huidige cao niet en moet volgens de werkgevers worden voorkomen. Keer op keer wijst onderzoek uit dat de UTA (extreem) lange werkdagen maakt, die veelal niet in de registratie wordt opgenomen en zeker niet wordt voorkomen.
  • Een vierdaagse werkweek voor UTA. Deze regeling willen de werkgevers houden voor 55-plussers, verder niemand.
  • Het recht op thuiswerk en thuiswerkvergoeding voor UTA.
  • Het recht om buiten werktijd niet gestoord te worden. Dit voorstel vinden de werkgevers maar vreemd; “Dit is in de praktijk helemaal niet nodig, en als het nodig zou zijn is het niet te regelen via een cao.”
  • Betaling van bereikbaarheidsdiensten.
  • Gelijktrekken van de pensioenpremie
    Reactie werkgevers: “Een afspraak hierover gaat ten koste van de loonruimte, ook voor de bouwplaatsmedewerkers.”
  • Extra vrije dag voor UTA wanneer kerst volledig in het weekend valt (eens per zeven jaar), net als voor bouwplaatsmedewerkers.
    Reactie werkgevers: “Dit gaat ten koste van de loonruimte, ook voor de bouwplaatsmedewerkers.”

Op vrijwel alle bovengenoemde punten hebben de werkgevers gereageerd met dezelfde oneliner: “Daar hoeven we in de cao geen afspraak over te maken, dat regelt zichzelf in de bedrijven.”

Laat als UTA-er je mening horen!

Werkgevers negeren alle UTA voorstellen en zetten daarmee bijna de helft van het cao personeel buiten spel.  Klik op onderstaande button om te laten weten dat dit ook jouw cao is. Neem contact met ons op en vertel over jouw ervaringen door onze enquête in te vullen. Werkgevers hebben geen boodschap aan jou, maar wij hebben wel een boodschap aan hen namens jou. Laat van je horen!